De ijdelheid van onze waarneming

De inhoud van het boek “Vanities of the Eye” belicht op een onderhoudende wijze de culturele historie achter onze visuele waarneming en bijbehorende beelden in het vroege moderne Europa. Een periode tussen de Renaissance en de wetenschappelijke revolutie, waarin onze visuele waarneming, het geloof er in en de kennis er over, sterk werd beïnvloed door de mate van betrouwbaarheid van beelden op schetsen, tekeningen en schilderijen.

Vanities of the Eye

Zowel in de medische omgeving, kunst, wetenschappen, religie als in de filosofie werden afbeeldingen gekarakteriseerd als onbetrouwbaar of paradoxaal. Was zien werkelijk geloven? De auteur geeft een interessante beschouwingen over de vele controversiële debatten in die periode. Daarbij komen begrippen als fantasie en hallucinatie, de illusie van toverkunst en demonische perceptie uitgebreid in beeld.

De functie van en het geloof in religieuze beelden en de authenticiteit van wonderen van toen, vormen thans regelmatig delen van moderne toneelstukken. Aan de orde komen tevens de nieuwe theorieën van filosofen als Descartes en Hobbes, die de relatie tussen de reële en virtuele wereld beschrijven. De lezers maken ook kennis met het werk van Athanasius Kircher met zijn camera obscure en van Jean-François Nicéron en Jacques Ozanam met hun tekeningen van anamorfosen.

ISBN 978 0 19 925013 4, “Vanities of the Eye”, Stuart Clark, Oxford University Press, 2007, 415 pagina’s.