De microscoop en onze ogen

Technische mogelijkheden, verbeteringen en meer toepassingen van microscopen zijn opvallend in een stroomversnelling gekomen in het eerste gedeelte van de 19e eeuw. Vooral de belangrijke rollen die dit optische instrument speelde in onderzoek in het medische circuit en het gebruik in vele medische opleidingen stimuleerden de vraag naar steeds meer microscopen.

The microscope and the eye

Ook de resultaten van het baanbrekende onderzoek van de celtheorie droegen bij aan de verspreiding van microscopen van eenvoudige samenstelling tot exemplaren met een uiterst gecompliceerde opbouw. In het boek “The microscope and the eye” beschrijft auteur Jutta Schickore op een fascinerende en wetenswaardige wijze over de geschiedenis van de microscoop in de tientallen jaren rondom die periode. Bijzondere aandacht krijgt de microscoop als optisch instrument in het werkgebied van de oogheelkunde. De inhoud van het boek concentreert zich voornamelijk op het veelzijdige gebruik van microscopen in Engeland en in Duitsland omdat juist daar de meest significante ontdekkingen zijn gedaan op het gebied van het zien en waarnemen en de bouw van het visuele systeem van de mens vanuit het gebruik van de microscoop en de kennis van de geneeskunde. In haar inleiding over de geschiedenis van de microscopie geeft de auteur aan dat 1830 wel het jaar is van de start van de moderne microscopie. Aan de hand van feiten en werkzaamheden van onderzoekers geeft zij een beschouwing over de resultaten van wetenschappelijk onderzoek en hetgeen is beschreven door de betreffende onderzoekers of medicus. Dankzij de inzet van de microscoop werd al snel veel bekend over de staafjes en de kegeltjes in ons netvlies, over het netvlies en de zenuwenbanen tussen onze ogen en onze hersenen. De auteur heeft aandacht voor de komst van gebruiksaanwijzingen en afbeeldingen van de reeds onderzochte delen van het menselijk lichaam. Aan het begin van 1840 kwamen de eerste boeken als handleidingen beschikbaar. Het boek laat de betekenis van de uitvinding van de microscoop voor medische doeleinden op een uitstekende wijze zien en beleven door de gedetailleerde beschrijvingen en aan de hand van enkele oude illustraties. Een uitgebreid literatuuroverzicht en een trefwoordenregister sluiten dit boek voor oogheelkundigen, psychologen, studenten Oogheelkunde en voor iedereen, die meer wilt weten over de geschiedenis van het gebruik van microscopen in de medische wetenschap en in de geneeskunde in het algemeen.

ISBN 978-0-226-73784-3, “The microscope and the eye”, Jutta Schickore, The University of Chicago Press, 2007, 317 pagina’s.