Hermann Ludwig Ferdinand von Helmholtz (1821-1894)

Aan de ontwikkeling van de moderne oogheelkunde heeft de Duitse medicus en natuurkundige Hermann Ludwig Ferdinand von Helmholtz (1821-1894) belangrijke bijdragen geleverd. Zo vond hij in 1851 de oogspiegel uit, waarmee de oogheelkundige het netvlies kan onderzoeken. In 1880 werd door Helmholtz de ophthalmometer (keratometer) ontworpen en gebruikt voor metingen aan het hoornvlies.

Hermann von Helmholtz vond in 1851 de oogspiegel uit

Hij raakte in die periode ook steeds meer geïnteresseerd in de fysiologie van de zintuigen. Zijn bevindingen beschreef hij uitgebreid in zijn publicatie “Handbuch der Physiologischen Optik”. Hij was in zijn wetenschappelijke periode een van de veelzijdigste geleerden in de wereld. Al in zijn jeugdjaren raakte hij sterk geïnteresseerd in de wereld van de exacte wetenschappen. Op verzoek van zijn vader studeerde hij in Berlijn medicijnen en promoveerde in 1842 op zijn proefschrift “Microscopische anatomie”.

De zintuigfysiologie van Helmholtz diende als belangrijke inspiratiebron voor docenten, studenten en collega psychologen als Wilhelm Wundt en Ewald Hering. Zijn student Heinrich Rudolf Hertz werd beroemd door het aantonen van elektromagnetische straling. In 1883 werd Helmholtz in de adelstand verheven. Dit jaar vieren wij het feit dat Hermann von Helmholtz 195 jaar geleden geboren is in Potsdam.