Jan Ingenhousz (1730-1799)

De Nederlandse arts en natuuronderzoeker Jan Ingenhousz (1730-1799), was een Nederlandse arts en natuuronderzoeker (fysioloog en plantkundige), bracht de helft van zijn leven door in Engeland en Oostenrijk en is vooral bekend geworden van de inenting tegen pokken en de resultaten van onderzoek naar fotosynthese.

Jan Ingenhousz vestigde zich na zijn doctoraat in 1753 als arts in Breda.

Jan Ingenhousz kwam uit een koopmansfamilie, studeerde geneeskunde aan de universiteiten van Leuven en Leiden en vestigde zich na zijn doctoraat in 1753 als arts in zijn geboorteplaats Breda. De Engelse arts John Pringle (toenmalig president van de Royal Society) nodigde hem in 1765 uit om naar Londen te komen. Daar ontmoette Ingenhousz persoonlijkheden als Benjamin Franklin en Joseph Priestley. Al in 1769 werd hij lid van de Royal Society.

In 1786 werd hij verkozen tot lid van de American Philosophical Society. Jan Ingenhousz was een voorstander van vaccinatie tegen pokken. Hij nam het serum (met nog levende virussen) van patiënten die aan een milde vorm van pokken leden en gebruikte dat om mensen die nog niet ziek waren “in te enten”. Jan Ingenhousz vaccineerde de familie van George III van Groot-Brittannië en de familie van keizerin Maria Theresa en werkte vanaf 1768 als hofarts in Wenen met een jaarsalaris van 5.000 gulden.