Kunstenaars observeren op creatieve wijze de wildernis (1)

Tot en met 3 februari 2019 toont Schirn Kunsthalle Frankfurt in de tentoonstelling “Wildnis” de fascinatie van het fenomeen wildernis in de kunst in de periode tussen 1900 en de tegenwoordige tijd. Daarmee keert de wildernis terug in de kunst en dat juist in een tijdsperiode waarin de witte vlekken op onze landkaarten steeds sneller verdwijnen en onze onberoerde natuur alleen nog maar voorkomt in aangewezen natuurgebieden.

Wildnis Wilderness

De grote zoektocht naar de laatste ongerepte natuur, in principe een actieve expeditie in een kunstzinnige vorm, wordt gestuurd door een posthumane visie van een onbevolkte wereld en de start van een beschouwing over een redelijke verhouding tussen mens en dier in de nu nog “vrije” gebieden. De thematische opzet van “Wildnis” bevat circa 100 bijzondere kunstwerken van onder meer de kunstenaars Karel Appel, Tacita Dean, Mark Dion, Jean Dubuffet, Max Ernst, Asger Jorn, Georgia O’Keeffe, Gerhard Richter, Frank Stella, Thomas Struth, Heinz Mack, Henri Rousseau en Carleton E. Watkins.

De hongerige leeuw stort zich op de antiloop, Henri Rousseau, 1898-1905, olieverf op doek, 200 x 301 cm.

De kunst in en van de wildernis wordt getoond in het museum en in de rijkgevulde tweetalige (D/E) catalogus in de vorm van schilderijen, tekeningen, foto’s, collage’s, objecten, sculpturen, filmbeelden, schetsen en andere kunstzinnige vormen en een breed gebruik van materialen en technieken. De strijd om het laatste stukje Europees oerwoud in een grensgebied tussen Polen en Witrusland voor de “eeuwigheid” te koesteren was in 2017 wereldnieuws. De Deense kunstenaar Joachim Koester documenteerde in 2001 delen van dit unieke natuurgebied met een uitgebreide fotorapportage. Een aantal opnamen zijn afgebeeld en besproken in de catalogus. (Wordt vervolgd).

ISBN 978-3-7356-0521-4, “Wildnis Wilderness”, Esther Schlicht, Kerber Verlag, 2018, 200 pagina’s.