Van een onschatbare waarde voor liefhebbers van illusies (46b)

Op voortreffelijke wijze zijn de hoofdlijnen van de boeiende ontwikkelingen van de beeld- en informatiecultuur besproken. De auteur begint met visuele grootheden als ogen, licht en kleur, die de grondslag vormen om beelden en kleuren te kunnen zien. In dit gedeelte is de opbouw van het oog schematisch in beeld gebracht.

Wetenschap = het hoe en het waarom.

Daarna volgt een uitgebreide uitleg met heel veel afbeeldingen over het ontstaan van fotografie, met onder andere als basis de camera obscura en de resultaten van de baanbrekende chemische experimenten van Joseph Nicéphore Niepce en Karl Wilhelm Scheele en nog meerdere pioniers van de fotografie.

Daarna kwamen er fotocamera’s en de eerste kleurenfoto’s op de markt. De eerste bewegende beelden werden gepresenteerd door de Belgische onderzoeker Joseph Plateau, gevolgd door uitvindingen van anderen.

Ook is er gesproken over resultaten van de beeldexperimenten van de fotograaf Eadweard Muybridge, die bekend is geworden voor het vastleggen van de galop van een paard. Uiteindelijk volgt in 1895 de eerste commerciële presentatie van de bioscoopfilm en presenteert Paul Nipkow de basis voor de televisie. Het geheel is een voortreffelijke educatieve publicatie.

ISBN 3-7886-0403-4, “Foto, Film, Fernsehen”, Hans Reichardt, Tessloff Verlag, 1982, deel 63, 48 pagina’s.