Van een onschatbare waarde voor liefhebbers van illusies (52a)

In het algemeen wordt Dennis Gabor beschouwd als de vader van de holografie. Met de publicatie van zijn beroemde artikel “Microscopy by Reconstructed Wavefronts” in het toonaangevende tijdschrift Nature in 1948 begon de opmars van de holografie werkelijk. De eerste hologrammen hadden een magere kwaliteit van een scherpte van de 3D afbeelding. Er was als commerciële toepassing nauwelijks enige belangstelling.

Holografie - Toveren met licht

Dat veranderde al snel na de uitvinding van de laser, als de perfecte lichtbron om driedimensionale beelden in het oppervlak van een holografische film vast te leggen. De fascinatie bij de kijker naar de magie van het verschijnen van het 3D-beeld in het oppervlak van een perfect afgewerkt hologram, was toen opvallend. In de 60-er jaren van de vorige eeuw was er veel aandacht voor de holografie en de ene na de andere nieuwe methode van het vervaardigen van hologrammen kwam op de markt.

De Russische professor Yuri N. Denisyuk wordt in het algemeen genoemd als de bedenker van het witlicht reflectiehologram. Technici, wetenschappers en onderzoekers in zowel Rusland als in de Verenigde Staten ontwikkelden laserlichtbronnen, waarvan het coherente licht de ideale lichtstraling voor een hologramproductie bleek te zijn. De eerste praktisch bruikbare robijnlaser werd ontwikkeld in 1960 door Theodore Maiman en in 1962 namen Emmett Leith en Juris Upatnieks de door Gabor beschreven methode op en realiseerden hun eerste lasertransmissiehologram. (Wordt vervolgd).

ISBN 90-6834-011-5, “Holografie - Toveren met licht”, Bruno Ernst, Aramith Uitgevers, 1986, 112 pagina’s.

ISBN 3-88984-102-3, “Holografie in der Bundesrepublik Deutschland (1979-1989)”, Peter Zec, Deutsche Gesellschaft für Holografie, 1989, 114 pagina’s.