Van een onschatbare waarde voor liefhebbers van illusies (65b)

Het gevolg is dan een slecht of matig ontwikkeld verkeersinzicht. De oorzaken van deze optredende situaties zijn onder andere terug te vinden in het feit dat de ogen van de automobilist niet geheel naar behoren funktioneren, althans niet in het kader van de rijtaak. Bij de aanvang van het rijexamen wordt bij de aspirantautomobilist in de vorm van een “ogentest” een controle op het gezichtsvermogen uitgevoerd.

Verkeersveiligheid en oogfuncties

Die test beperkt zich in het algemeen tot het lezen van een autokenteken over een afstand van circa 25 meter. De auteurs geven in de brochure aan dat zij dat schromelijk onvoldoende vinden. De ervaringen met duizenden automobilisten die wel een verantwoorde ogentest ondergingen, rechtvaardigen de kritische uitspraak volkomen. In 1974 verscheen er al een rapport van een door de Minister van Volksgezondheid en Milieuhygiëne ingestelde Werkgroep “Gezichtsvermogen en Verkeersveiligheid”.

Verzamelaars van postzegels met een voorkeur voor het thematisch verzamelen van postzegels waarop het thema Oog-Oogheelkunde-Fysiologie is afgebeeld of is beschreven, kunnen veel leren van hun met zorg opgebouwde verzameling.

De werkgroep was toen al tot de conclusie gekomen, dat oogonderzoek vóór de aanvang van de rijlessen bevordert diende te worden en dat er een periodiek oogonderzoek vanaf een bepaalde leeftijd bij vernieuwing van het rijbewijs een aanbeveling verdiende. In oktober 1975 sloot het bestuur van de ANWB zich aan bij deze adviezen. Maar in 1978 was er nog geen beweging te zien. De brochure van mei 1978 geeft na deze algemene beschouwing een overzicht en beschrijvingen van alle aspecten die samenhangen met onze aandacht voor de fysiologie van het oog, de praktijk van het zien en waarnemen en oogspecifieke grootheden en kenmerken. (Wordt vervolgd).

ANWB, Verkeersafdeling, brochure, mei 1978.